Marc ontmoet: Henk en Ans Slot

Marc ontmoet: Henk en Ans Slot

marc ontmoet

“Wedstrijddagen in het Oosterpark waren altijd zo gezellig.”

De Wijk De Wereld trekt dit jaar de Oosterparkwijk in, van alle Groninger wijken toch wel de meest Groningse. Het was een tuindorp, een stadswijk met een dorps karakter, en bedoeld als antwoord op de toen nog talrijke verpauperde arbeidshuisjes in het centrum van de stad. De armen moesten uit het stadsbeeld, om kort te gaan. Maar ze kregen er ook iets voor terug, echte huisjes met alle voorzieningen. Marc Knip gaat op bezoek bij mensen die hier het grootste deel van hun leven wonen en probeert zo achter het DNA van de wijk te komen.


Henk Slot (1947) komt uit Heemstede en woont al bijna veertig jaar in de Oosterparkwijk. Op een gegeven moment leerde hij zijn buurvrouw Ans Vorstenberg (1953) kennen en van een gezellig praatje kwam iets meer. Veel meer: inmiddels wonen ze al 22 jaar samen. Wie in en rond hun huis aan de Zaagmuldersweg kijkt, ziet meteen waar hun hart sneller van gaat kloppen: FC Groningen. In hun tuin staat zelfs een compleet spelershome met mooie FC-relikwieën. Hoog tijd voor een bakkie bij Henk en Ans.

Henk: “Ik woonde in Heemstede en een kameraad van me had verkering in Groningen. Toen ik hem bezocht heb ik mijn vrouw leren kennen. We zijn getrouwd en in Heemstede gaan wonen. Maar ik had daar een klein bovenwoninkje en het was lastig om wat anders te vinden. Dan gaan we naar Groningen, dacht ik, en ik heb er geen moment spijt van gehad. De mensen hier passen goed bij me. Dat was 1974 en we begonnen in de Kievitstraat. Ik werkte in de bouw, maar ik vond hier geen baan. Ik heb me laten omscholen en ben als lasser aan de slag gegaan bij de Nieuwe Noord Nederlandse Scheepswerven aan de Duinkerkenstraat. Maar door dat lassen ben ik in 1981 afgekeurd op mijn longen en in de WAO beland. Ja man, ik was nog maar 34. Dat valt niet mee, maar je moet er iets van maken. En ik kan mezelf goed vermaken. Ik ben naar de Zaagmuldersweg verhuisd, eerste boven het cafetaria, toen naar de woning hierboven. Af en toe zag ik een vrouw beneden in de tuin zitten en op een keer vroeg ik haar of ze zin had samen een biertje te drinken. En dat had ze haha. En nu zijn we al 22 jaar samen.”

Ans: “Ik ben geboren in de Walstraat. Ik wou niet naar school, ik vond er niets aan en ik kon absoluut niet stilzitten. Toen ik twaalf was stopte ik met school en ben ik bij iemand schoon gaan maken. Later ben ik een opleiding gaan doen en op mijn achttiende in de thuiszorg gaan werken. Dat heb ik heel lang gedaan. Toen de zorg werd hervormd en de zorgcowboys gingen bezuinigen, werden er heel veel ontslagen. Of ze zorgden er wel voor dat je ontslag nam. Ik ben voor een schoonmaakbedrijf gaan werken, op de universiteit. Later ben ik weer teruggegaan naar de zorg. Ik miste de gezelligheid, het was mooi werk. Rond 2010 ben ik definitief gestopt. Ik heb nog een tijdje in Vinkhuizen gewoond, maar die woningen werden afgebroken. Toen kreeg ik van de woningbouwvereniging een huis aan de Zaagmuldersweg en zo ontmoette ik Henk.”

FC Groningen
Henk: “Ik was vroeger altijd Ajax-fan, maar nu ben ik natuurlijk voor de FC. Toen de club nog hier in het Oosterpark speelde, had ik een seizoenkaart op de oude tribune. Dat waren goede tijden, hè Ans? Eerst kwam de hele bende hier vanaf een uur of 11 bier drinken, het was vaak zoete inval, dan lekker oversteken naar het stadion en na afloop hier weer lekker napraten. Of in de Ripperdabar. Maar die hele groep is inmiddels overleden en ik ga niet meer het stadion, omdat ik niet meer zo goed ter been ben. Ans gaat nog steeds.”

Ans: “Ik ging als heel jong meisje al naar het Oosterpark, mijn moeder was een groot GVAV-fan, zo heette de FC toen nog. Ze nam mij en mijn zusje mee naar elke wedstrijd, ook als we uit speelden. Ik vond het prachtig, met helden als Tonny van Leeuwen, Martin Koeman, Piet Fransen. Wat hebben we toch een goede spelers gehad. Hier rond het Oosterpark was een wedstrijddag altijd heel gezellig. Er stonden altijd kraampjes rond het stadion. Er waren uiteraard wel eens opstootjes, we hadden hier soms Z-Siders aan de deur die op de vlucht waren voor de politie en wilden schuilen. Ik ga nog steeds naar elke thuiswedstrijd, maar het is niet meer wat het was. Er gaat niet eens meer een rechtstreekse bus van het Oosterpark naar de Euroborg, veel fans van het eerste uur zitten nu zondag voor de tv daarom. Ik ga inmiddels alleen naar de wedstrijden. Voorheen ging ik met een leuke vriendin, maar die is overleden en mijn dochter houdt helaas niet van voetbal. Soms twijfel ik wel of ik er nog zin in heb. Ik vind die hele Euroborg niets aan, het huidige team is ook middelmatig en die Buijs vind ik veel te agressief, die staat altijd maar te schreeuwen.”

Henk: Maar we hebben mooie wedstrijden gezien. Atletico Madrid, Fiorentina, wát een tijden!”

Voor de deur
Henk: “Als het mooi weer is, zitten we voor de deur, zoals vroeger iedereen hier deed. Maar we zijn nog de enigen aan de Zaagmuldersweg, dat is denk ik sinds een jaar of vijftien minder geworden. De Kamperfoeliestraat de enige straat waar ze allemaal nog regelmatig buiten zitten. Toen ik hier kwam wonen, was de wijk zo anders, toen kende je elkaar allemaal. Als je nu voor je huis gaat zitten, kijken ze je aan alsof je een asociale bent.”

Ans: “Voorheen had iedereen veel meer voor elkaar over. Als er iemand ziek was, ging je helpen, boodschappen doen, pannetje soep brengen. Maar er zijn hier veel andere mensen komen wonen. Hierboven woont bijvoorbeeld allemaal kak. Vroeger was de Gorechtkade de kakstraat, maar die mensen wilden wel met je praten. Nu zeggen ze helemaal niets meer tegen ons. Ook de bewoners van de nieuwbouw hier tegenover, die praten niet tegen je in de winkel. Hierachter bij het park zit een speeltuintje: mijn kleindochter is daar niet meer welkom. Jij woont hier niet, wegwezen, zeggen ze dan. Zo jammer, de gezelligheid is er niet meer. Twintig jaar geleden zaten hier overal cafeetjes en winkeltjes. Dan gingen we de hond uitlaten en dan lekker naar de FC Groningen-bar.”

Henk: “Iedere derde woensdag van de maand was er livemuziek, met bijvoorbeeld Blinde Bennie met zijn band Mood and Fun. En op zondagmiddag, als Groningen uitspeelde, gingen we naar de Mosselmarkt aan de Antillenstraat, lekker een balletje gehakt halen en wat drinken. Een biertje was daar één gulden.”

Vertier
Henk: “Maar we hebben het goed in de wijk hoor. Er zijn hier weinig problemen en zo’n goedkope woning krijgen we nooit meer. Af en toe ga ik er lekker op uit met Ans op de scootmobiel. En er gebeurt hier genoeg. Mensen die elkaar met bezems achterna zitten, op een keer gooide een buurman al zijn meubels naar buiten, die had ruzie met zichzelf.”

Ans: “Twee jaar geleden zaten we voor het huis en ineens hoorden we ‘plop’. Een heel raar geluid, of je een stapel boeken hoorde vallen. Een mevrouw van hier tegenover was van vijfhoog uit het raam gesprongen, midden op de dag. En ze was net naar de kapper geweest!”

Henk: “Dus wij blijven lekker voor het huis zitten, zodra en zolang dat kan. Zo zie je nog eens wat.”

Marc Knip (Weesp, 1963) is tekstschrijver, fotograaf en stemacteur. Hij is sinds de jaren negentig mede-eigenaar van een redactiebureau in de theater- en muziekwereld. Als fotograaf houdt hij zich het liefst bezig met documentaire projecten. Momenteel werkt hij aan een boek over Groningse ouderen die hun hele leven in hetzelfde dorp zijn blijven wonen. Marc is al vier jaar aan De Wijk De Wereld verbonden.

Dit artikel hoort bij het project:

DWDW Oosterparkwijk

De Wijk De Wereld is terug! Voor de vijfde keer neemt een wijk uit Groningen de schouwburg over. Dat kan na twee corona-jaren eindelijk weer volle bak en dat is maar goed ook. De achterburen van de schouwburg staan namelijk te popelen om van zich te laten horen in het mooiste theater van de stad. Welke achterburen? De enige echte Oosterparkers natuurlijk!

Verder lezen
DWDW Oosterparkwijk
Oosterpark

Meer in deze categorie marc ontmoet

Nieuwsoverzicht